Arsenaal. Jaargang 1(1945)– [tijdschrift] Arsenaal– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 232] [p. 232] De witte kelder. Nu elke nacht braakt schor geraas gekef van inslaande granaten, legt 't kelderlampje 't witte waas van angst op grauwe spookgelaten. Vervaakte oogen gluren rond; verleerd is lang reeds doelloos praten; men rilt bij 't trillen van den grond. en ruiten rinklen in de straten. Dit wordt beslist de ultieme nacht, de groote morgen der bevrijding. Dit voorgevoel baart versche kracht, de witte kelder hangt vol wijding... Knocke, 31-10-44. Ward Vervarcke. Vorige Volgende