A. O ja.
8560. V. Blijven zij aan de fabriek; is er niet zulk een afwisseling als in andere fabrieken?
A. Die bij ons werken en zich ordentelijk gedragen, verlaten de fabriek niet meer.
8561. V. Dus daar zijn werklieden, die er lang geweest zijn?
A. Zeker, dat bewijzen de werklieden die er 20, 25 tot 30 jaren zijn.
8562. V. Zijn de werktarieven wel eens verminderd, zoodat gij achteruit gezet werdt?
A. Soms met eene of andere proef met op stuk werken.
8563. V. Dat is dan zeker met nieuwigheden, die beproefd moesten worden voor het op stuk werken? Dan bleek het soms dat het tarief wat lager moest worden?
A. Ja.
8564. V. Hoeveel verdient gij op het oogenblik?
A. Vijf en vijftig gulden in de maand.
8565. V. Hebt gij tijden gehad dat gij meer verdiendet?
A. Er bestaan bonificatiën. Overigens heb ik altijd opslag gekregen, totdat ik op 55 gulden ben gekomen.
8566. V. Zijt gij nooit achteruitgegaan?
A. Neen.
8567. V. Wordt er bij u overgewerkt?
A. Somtijds, maar niet veel.
8568. V. Gij spraakt zooeven van bonificatiën. Wat verstaat gij daardoor?
A. Hoe meer de machine werkt, hoe meer ik en nog een paar andere opzichters als premie ontvangen. Wij hebben geen recht er op, maar wij ontvangen die als wij boven het tarief maken.
8569. V. Komt het overwerken dikwijls voor?
A. Onder de vrouwen heel weinig. Er wordt wel eens overgewerkt, anderhalf uur op een dag, tot acht uur 's avonds. En dat doen zij gaarne.
8570. V. Komt dat b.v. eens in de week voor?
A. Voor allen niet. Het is alleen voor eene afdeeling van eenigen, die het wat druk hebben.
8571. V. Wordt er des Zondags gewerkt?
A Neen, bij de vrouwen ook niet.
8572. V. Zijt gij in de ziekenbus?
A. Wij hebben geen ziekenbus op de fabriek.
8573. V. Voor de opzichters ook niet?
A. Neen. Er is alleen een ondersteuningsfonds voor het werkvolk onderling, om elkander in geval van ziekte bij te staan. Daarin zijn ook opzichters, want iedereen, die verlangt, kan deel aan het fonds nemen.
8574. V. De meeste werklieden zijn in dat fonds?
A. Ja.
8575. V. Komen in uwe afdeelling wel ongelukken voor?
A. In de 10 jaren, die ik op de fabriek heb doorgebracht, heb ik één ongeluk bijgewoond. Een meisje kwam op eene plaats bij de machine, waar zij niet noodig had, om op een horloge te kijken. Waarschijnlijk is haar schortje door de machine gegrepen. Zoo is haar arm afgerukt.
8576. V. Dat meisje werkt nu nog op de fabriek?
A. Zij werkt daar nog altijd onder mijne directie.
8577. V. Hoe oud is zij nu?
A. 19 of 20 jaar.
8578. V. Zij verdient dus haar kost?
A. Ja, zij verdient evenveel als de meisjes met twee armen.
8579. V. Daar niemand van de heeren iets wenscht te vragen, is uw verhoor afgeloopen.
N. Defèsche.