Apollo's kermis-gift aan de Haagsche vermaaksgesinde jeugd. Deel 2
(1750)–Anoniem Apollo's kermis-gift– AuteursrechtvrijStem: De droefheid kan geen plaats &c.TOen kloris zat en sliep op 't groen kamil, bezyen
Een Kristalyne-Watervliet,
Stal ik, o! mont vol honing-byen,
Een busje, zoeter als het zoetste Suiker riet.
Juist, alszy voelt haar lipjes raken,
Doet haar een snelle schrik ontwaken,
Zy vlugt; en vliegt verbaast en vaagt met teder gras
't Gekuste montje, als of't van my vergiftigt was.
2. Ach! Lief, my is vergif, maar u niet, by gebleeven,
Ay! vlucht niet, roep ik, hoor myn bee!
Wilt ghy niet luisteren; myn leeven
| |
[pagina 72]
| |
Verlies ik door een zoet en zeltsaam harte wee.
Veel sneller als diana's Winden
Schiet zy door net geplante Linden.
Ach! Bitterheylig! ach! Dat kusje, proef ik, is
Veel bitterder als roet en bitter waterlis.
|
|