7,6 |
scheen: scheiden |
7,7 |
Al gaat u er tot uw schouders in |
7,8 |
Hij volgt jullie daarin in na, maar dan tot zijn bruine kin (hij gaat nog een stap verder dan jullie) |
8,3 |
Hij draaide het (lied) op een eenvoudige manier in elkaar |
8,4 |
Rumegem: Ruminghem |
8,7 |
sonder falen: zonder erom te liegen |
Na de oorlogsverklaring van Frankrijk aan Bourgondië in juli 1542 vonden de nodige confrontaties plaats. Twee daarvan worden beschreven in twee liederen uit het Antwerps Liedboek: naast 217 ook 175. Beide gevechten hebben in geen enkele kroniek sporen nagelaten, en de genoemde liederen (die bovendien alleen maar in het Antwerps Liedboek zijn overgeleverd) zijn daarom de enige bronnen over deze gebeurtenissen. Waar Op een maendachmorghen precies gesitueerd is, is alleen te bepalen wanneer we de informatie serieus nemen die de dichter over zichzelf geeft in de laatste strofe: hij zou het lied gemaakt hebben in Ruminghem, een plaatsje dat zo'n 20 kilometer ten zuidoosten van Calais ligt, aan het riviertje de Hem en niet ver van de rivier de Aa. Dat komt overeen met de gegevens uit al 175, waarin naast Ruminghem ook Wattendam genoemd wordt, dat een paar kilometer verderop aan de Aa ligt.
Dit lied vertelt hoe een Bourgondisch leger door Waalse verraders in een hinderlaag gelokt wordt. Door een overmacht aan Franse soldaten wordt men gedwongen zich terug te trekken en zelfs op de vlucht te slaan (3,5-6; 4,4), hoewel de Bourgondiërs dapper vechten en er ook slachtoffers onder de Fransen vallen (strofe 5). De nederlaag wordt verontschuldigd, niet alleen door het verraad maar ook door de getalsmatige overmacht van het Franse leger (4,8; 6,4). Het lied speelt tegen de achtergrond van geloofsverschillen. In het Franse leger zijn veel Vlamingen (3,3): zij waren om hun geloof gevlucht en hadden zich bij de Fransen gevoegd. De beschoten soldaten die in het water belanden, worden geherdoopt: zo wordt de onderdompeling in het water verbeeld als de herdoop van de verachte wederdopers. Het lied loopt uit op een oproep aan de Lansknechten om de moed erin te houden en wraak te nemen op Frankrijk (6,7-8; 7,1-2; 8,7-8).
al 175 en 217 hangen met elkaar samen omdat ze handelen over gevechten die op korte afstand van elkaar hebben plaatsgevonden en in beide liederen is de rol van het water op het slagveld belangrijk. Bovendien hebben ze dezelfde melodie: de twee liederen maken deel uit van een groepje politieke historieliederen met dezelfde strofevorm (namelijk al 175, 181, 182=186, 217 en 219). Voor deze melodie, die niet bewaard is gebleven, zie de commentaar bij al 186.