Alvoorder. Jaargang 1(1900-1901)– [tijdschrift] Alvoorder– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 18] [p. 18] Gent. Gent! Ik voel een triestigheid van oude dagen en diepen weemoed over de oude stede; ik voel haar weenen in haar hoog verleden hertstochtlik schreien in haar oude dagen; Gent! Ik voel een heerlikheid van brandend groeien door breede tijden en uit donkre verten, en 't roode bloeden van veel warme herten, groot in 't wilde laaien van de luchten gloeien; Gent! Ik voel hertstochtlikheid van forsche handen, en klare klinken van heel luide spreken, in slepend fluistren door de monden breken, en lang en eindloos zwijgen na het avondbranden Zwaar en machtig droomen weer rood-gouden tijden in 't starre staren en in 't stoere denken; veel lichte bleeke meisjeshanden wenken uit donker-droeve burchten, koud van lijden; Purper-gouden breede riddermantels slijpen, eng-bruine poorterkolders loopen door de straten in driftig reednen, in diep gravenhaten wtjl wilde vuisten toornig bijl en dagge nijpen: [pagina 19] [p. 19] 'k Zie bloed, veel warme bloed om handen, op vorstgelaten en in vorstenoogen,- o heerlik bloed van vorstelike logen, lang en traag, begudsend de eindeloze landen...... O Gent! 'k voel de triestigheid van oude dagen en grijzen weemoed over uw oude stede, en 'k voel u bloeden in uw rood verleden, hertstochtlik bloeden in uw oude dagen.... Antwerpen. Karel van den Oever. Vorige Volgende