Alvoorder. Jaargang 1(1900-1901)– [tijdschrift] Alvoorder– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 12] [p. 12] [Maar ons liefde was nog veel sterker dan liefde] Maar ons liefde was nog veel sterker dan liefde Van andren dan wij alle twee, Van wijz'ren dan wij alle twee. Noch de Englen daarboven in 't Goddelik Huis, Noch de Duivels beneden de zee, Vermogen te scheiden mijn ziel van de ziel Van mijn goddelike Annabel Lee; - Want de maan nimmer doomt, of mijn harte zoet droomt, Van mijn goddelike Annabel Lee, En geen ster aan den boog, of ik voel het diepe oog Van mijn goddelike Annabel Lee. En zoo gansch den nacht, vrij, lig ik naar aan de zij Van mijn lievling, - mijn lievling, - mijn leven, mijn bruid In de graftombe dàar bij de zee, In het graf bij 't gebruis der zee. naar Poe Leo van Riel. Antwerpen. Vorige Volgende