| |
| |
| |
Een taal centraal
Krio, de taal van Sierra Leone
Ineke van de Craats
Op de top-10-lijst van landen waaruit asielzoekers afkomstig zijn, staat behalve Afghanistan (zie Alfa-nieuws 1999, 1), Irak (zie Alfa-nieuws 1998,4) en Angola, ook Sierra Leone. Uit Angola en Sierra Leone is vooral een groot aantal Alleenstaande Minderjarige Asielzoekers afkomstig (zie voor de problematiek rond deze AMA's ook LES 108, 11-16) die hier Nederlands leren in scholen die aan OC's of AZC's verbonden zijn. Onder hen zijn geregeld jongeren die tengevolge van de burgeroorlogen niet of bijna niet met onderwijs in aanraking zijn gekomen en hier dus in alfabetiseringsgroepen terecht komen. Dat is de reden om aandacht te besteden aan het Krio, de belangrijkste taal van Sierra Leone en de taal die het meest gebruikt wordt door de jongere generatie.
| |
Sierra Leone, land en volk
De republiek Sierra Leone ligt in West-Afrika tussen Guinee en Liberia en grenst aan de Atlantische Oceaan. Het land is iets kleiner in oppervlakte dan Nederland, maar telt slechts 5 miljoen inwoners. De levensomstandigheden zijn zo dat de gemiddelde levensverwachting voor een inwoner ongeveer 45 jaar is.
Sierra Leone (Portugees voor Leeuwenberg) is vanaf de 15e eeuw in handen van Portugese slavenhandelaren geweest die van daaruit slaven naar het Caraïbisch gebied brachten. Op het eind van de 18e eeuw stichtten Britse filantropen op de plaats van de huidige hoofdstad Freetown een kolonie voor vrijgelaten slaven uit Groot-Brittannië, Noord-Amerika en Jamaica. Die onderneming werd geen succes en in 1808 nam de Britse regering het gebied over als kroonkolonie. Vanuit Sierra Leone ging de Britse marine slaventransporten in de wateren van West-Afrika bestrijden. Dat leidde ertoe dat tot ongeveer 1860 zeker nog 70 000 bevrijde negerslaven zich in Sierra Leone vestigden. De huidige bevolking bestaat uit 20 verschillenden inheemse stammen waarvan grofweg 30% tot de Temne- en 30% tot de Mende-stam behoren, 30% tot de overige stammen en 10% zijn Creolen, afstammelingen van vrijgelaten slaven. Ongeveer 60% van de bevolking is moslim, 10% is christelijk en de rest van de bevolking wordt gerekend tot de aanhangers van inheemse godsdiensten.
In 1961 is Sierra Leone onafhankelijk geworden. Na diverse militaire staatsgrepen heeft sinds 1991 een bloedige burgeroorlog tussen de regeringspartij en het rebellerende Revolutionary United Front (RUF) het land geteisterd. In juli 1999 hebben de strijdende partijen het vredesakkoord van Lomé getekend. In oktober van dat jaar is een VN troepenmacht geïnstalleerd om navolging van het akkoord te garanderen en opstandigen te ontwapenen, maar de gevechten werden niet gestaakt. In mei 2000 zijn honderden VNmilitairen gegijzeld door de RUF. Ondanks de grote VN-vredesmacht is de toestand in Sierra Leone nog steeds weinig stabiel.
| |
Taalsituatie
In Sierra Leone worden 23 verschillende talen gesproken, waarvan er vier de status van officiële talen hebben: Engels, Krio en de inheemse talen Mende en Temne. Engels
| |
| |
wordt slechts door een kleine geletterde minderheid regelmatig gebruikt. De afstammelingen van bevrijde slaven spreken Krio als moedertaal. Voor 95% van de bevolking is het Krio de tweede taal. Men gebruikt Krio in de contacten tussen de verschillende bevolkingsgroepen, op het werk, in het onderwijs en in alledaagse gesprekken. Er zijn radio- en televisie-uitzendingen in het Krio. Krio wordt als een keuzevak onderwezen in het lager, voortgezet en universitair onderwijs, Mende en Temne eveneens. Minder dan 15% van de bevolking kan lezen en schrijven in het Engels, van de sprekers van Mende en Temne is rond 6% van iedere bevolkingsgroep gealfabetiseerd (cijfers van de Ethnologue). Dat komt neer op een percentage van rond de 70% analfabeten. Er zijn ruim twee keer zo veel mannen als vrouwen die kunnen lezen en schrijven: 45% van de mannen tegen 18% van de vrouwen (cijfers: The World Factbook).
| |
Krio, een Creolen-taal
Creolentalen zijn relatief nieuwe talen. Het zijn talen die ontstaan zijn na 1500, tijdens het Europese koloniale tijdperk en de slavenhandel. Creolentalen worden vooral gesproken in het Caraïbisch gebied, langs de kusten van West-Afrika en op eilanden in de Indische Oceaan en de Stille Oceaan. Het zijn mengtalen die een groot deel van hun woordenschat ontlenen aan een Europese koloniale taal. Op grond van de woordenschat spreken we van Franse creolentalen (bijv. Mauritiaans en Haïtiaans), Engelse creolentalen (bijv. Krio, Jamaïcaans, Tok Pisin op Nieuw-Guinea, en Sranan in Suriname), Spaanse (bijv. het Papiamentu) en Portugese creolentalen (bijv. Kaap-Verdiaans creools). Het Krio is waarschijnlijk rond 1600 ontstaan. Er zijn ook Nederlandse creooltalen, bijv. Berbice Dutch in Guyana, Negerhollands op de Maagdeneilanden en varianten van het Afrikaans. Het Negerhollands is inmiddels uitgestorven en het Berbice Dutch bijna. In Nederland wonen vele sprekers van creolentalen: Surinamers (Sranan, Saramakkaans, een Surinaamse bosnegertaal), Antillianen (Papiamentu) en Kaap-Verdianen (Creolo) en nu dus ook vluchtelingen uit Sierra Leone en Liberia (Krio).
| |
Van pidgin- tot creolentaal
Als mensen die elkaars taal niet spreken toch met elkaar willen of moeten communiceren, gaan ze over tot een vorm van communicatie waarin gebaren, wijzen, en handen en voeten een grote rol spelen en gaandeweg ook een aantal woorden zoals ‘ja’, ‘nee’, ‘kopen’, ‘komen’ en ‘gaan’. De taal die gebruikt wordt in dat soort communicatie, wordt gekenmerkt door een drastische vereenvoudiging en wordt pidgin genoemd. Dat is vaak bij handel tussen twee ongelijke partners, slavernij of contractarbeid, maar niet alleen in koloniale situaties. Denk aan zwartwerkers in de kassen, illegale aspergestekers maar ook aan de toerist op een markt in een vreemd land. Als het gaat om grote groepen mensen die tot een nieuw communicatiesysteem worden gedwongen, ontstaat een pidgin-taal. De woordenschat van een pidgin is meestal afgeleid van de taal die sociaal of politiek overheersend is in de oorspronkelijke contactsituatie. Voor het Krio was dat het Engels. Het ging oorspronkelijk om slavenhandelaren die slaven uit West-Afrika naar plantages in het Caraïbisch gebied en het zuiden van Noord-Amerika brachten. Bij langduriger contact tussen de sprekers ontwikkelt zich uit het geïmproviseerde communicatiesysteem een systeem dat meer aan regels gebonden is. Het pidgin ontwikkelt zich dan tot een creolentaal. Terwijl een pidgintaal voor niemand de moedertaal is, is dat bij een creolentaal wel het geval. De kinderen van pidgin-sprekers ontwikkelen vanzelf de taal tot een meer uitgewerkt grammaticaal systeem. Veel pidgin-talen verdwijnen, maar sommigen worden een creolentaal en soms een nationale taal. Krio is een voorbeeld van een lingua franca, een taal die in een meertalige gemeenschap door 95% van de bevolking als gemeenschappelijk communicatiemiddel wordt gebruikt. Engels vervult in Sierra Leone dezelfde rol, maar voor een kleinere groep mensen.
| |
Kenmerken van een creolentaal
Het is nog goed te zien dat creolentalen zich ontwikkeld hebben vanuit een pidgin, bijv. aan het ontbreken van werkwoordsuitgangen, koppelwerkwoorden en verbuigingen van voornaamwoorden. In het volgende voorbeeld uit het Sranan zie je dat mi (vgl. Engels me) voor alle vormen van ik gebruikt wordt. De verleden tijd van zullen wordt gevormd door ben (=verleden tijd; vgl. Engels been) plus de vorm sa (=toekomende tijd; vgl. shall). Veranderingen die in een werkwoord opgesloten zitten (gebonden morfemen) worden dus niet, of door losse vormen, weergegeven.
| |
| |
Sranan (Surinaams) |
|
|
mi |
ben |
sa |
wani |
aksi |
yu wan |
sani |
me |
been |
shall |
want |
ask |
you one |
something |
ik |
verl.tijd |
toek.tijd |
willen |
vragen |
je een |
iets |
|
‘Ik zou je iets willen vragen’ |
|
Onderstaande zinnen zijn spreekwoorden uit het Krio. De Engelse basis van de woordenschat komt duidelijk naar voren en ook een zekere gelijkenis met Sranan.
as |
yu |
mek |
yu bed, |
na |
so |
yu |
go |
ledohn |
pan am |
(Krio) |
as |
you |
make |
your bed, |
in |
so |
you |
gol |
lie |
on it |
|
zoals |
je |
maakt |
je bed |
|
zo |
je |
zult |
liggen |
erop |
|
|
Betekenis: |
Je zult de vruchten plukken van je werk. |
|
Zoals ge gezaaid hebt, zult ge oogsten. |
Onderstaande zinnen uit het Krio laten zien dat het werkwoord du (doen) niet verbogen wordt en dat het persoonlijk voornaamwoord yu (jij) onveranderlijk is, zowel eerste naamval (yu du = jij doet) is, als derde naamval (a du yu = ik doe tegen jou) als tweede naamval/bezittelijk voornaamwoord (yu bed = jouw bed). Voor de eerste persoon worden wel twee vormen gevonden: mi (mij) en a (ik).
Yu |
du |
mi, |
a |
du |
yu: |
Moses' law |
(Krio) |
You |
do |
unto me, |
I |
do |
unto you: |
Moses' Law |
|
Jij |
doet |
tegen mij |
ik |
doe |
tegen jou; |
de wet van Mozes |
|
|
Betekenis: |
Oog om oog, tand om tand. |
In het werkwoordelijk systeem van het Krio worden tijd en aspect niet uitgedrukt in het werkwoord zelf, maar door kleine losse woorden ervoor. We nemen hieronder het werkwoord eten als voorbeeld.
a = ik (afgeleid van de Engelse uitspraak voor: I = ik) |
i = hij (afgeleid van de Engelse uitspraak voor he = hij) |
|
eet |
chop |
ik heb gegeten |
a chop |
hij / zij heeft gegeten |
i chop |
ik zit te eten |
a de chop |
ik had gegeten |
a bin chop |
ik zat te eten |
a bin de chop |
ik ga eten |
a go chop |
Tijden van het werkwoord in het Krio
Zoals nevenstaand kader laat zien, wordt het aspect ‘bezig zijn met, zitten te’ apart uitgedrukt, namelijk door de. Als een handeling al afgerond is, wordt dat niet door een apart woord uitgedrukt (a chop = ik heb gegeten). Dat is in het Nederlands precies andersom. Als een handeling voltooid is, voegen we hebben toe (ik heb gegeten), als de handeling niet voltooid is, voegen we geen hebben toe (ik eet). Het tijdsaspect ‘verleden’ wordt door bin (van het Engelse been) uitgedrukt.
Ook het koppelwerkwoord ontbreekt in het Krio, zoals het volgende voorbeeld laat zien.
I |
big |
pas |
yu |
(Krio) |
hij/zij |
groot |
meer |
jij |
|
‘hij/zij is groter dan jij’ |
En niet alleen het koppelwerkwoord zijn ontbreekt, ook het werkwoord hebben in een bezitsrelatie wordt niet uitgedrukt. Het woord (pikin = kind) in het volgende voorbeeld is nog uit het Portugees afkomstig.
| |
| |
arata noba gladi we pus bon pikin muis nooit blij wanneer poes geboren kind ‘een muis is nooit blij als een kat jongen heeft’
In het volgende spreekwoord wordt de ontkenning (noh) voor het werkwoord geplaatst zonder ondersteuning van het werkwoord to do zoals in modern Engels. De bezitsconstructie in mama in wohd is het meest vergelijkbaar met de Nederlandse constructie: haar/zijn moeder d'r woord; zijn vader z'n woord, waarin de bezitsrelatie twee keer vermeld wordt (haar en d'r). Merk ook op dat lidwoorden niet aanwezig zijn, maar aanwijzende voornaamwoorden wel (tis wol = this world = deze wereld).
pikin we |
noh yehri |
in mama |
in wohd, |
child when |
not listen |
his mama |
his word, |
|
na trit |
go mehn |
am. |
street |
go grootbrengen |
het. |
|
‘een kind dat niet luistert naar zijn moeders woord, zal door de straat opvoed worden’ |
Een tweede kenmerk van creolentalen is dat de woordenschat van een taal vervangen wordt, maar dat veel van de oorspronkelijke grammatica gehandhaafd blijft. In dit geval moet die dus te herleiden zijn tot West-Afrikaanse bronnen, zoals ketens van werkwoorden die binnen een zin voorkomen, of het accentueren van een werkwoord door het twee maal in de zin te plaatsen, maar dat voert te ver voor dit artikel.
Om alle opgedane kennis eens te uit te proberen, voegen we nog een Krio versie van het Onze Vader toe (zie onderstaand kader).
Onze Vader in het Krio (ontleend aan W.B. Lockwood 1972)
| |
Schrift en spelling
Het Krio heeft een woordenboek dat de standaard spelling geeft. Als schrift wordt het Latijnse schrift gebruikt. Voor Temne en Mende bestaat geen gestandaardiseerde spelling, maar er is wel een dik woordenboek van het Mende. Lange tijd werd Mende geschreven in het Arabische schrift en in het Vai-schrift. Dat is een ouder lettergrepenschrift. In 1940 werd het Afrikaanse alfabet ingevoerd, wat indirect leidde tot het verdwijnen van dit lettergrepenschrift. Het Afrikaanse alfabet (zie illustratie) is het Latijnse alfabet met enige toevoegingen om klanken die voorkomen in de talen ten zuiden van de Sahara te kunnen weergeven. Een voorbeeld van zo'n letter is de o-klank in chop.
| |
| |
| |
In Nederland
De meeste asielzoekers uit Sierra Leone die in Nederland NT2 volgen, zullen bijna altijd enige kennis van Krio hebben. Dat betekent dat ze redelijk wat Engels kunnen volgen, gewend zijn aan een SVO-zinsvolgorde (= werkwoord voor lijdend voorwerp) en bekend zijn met de meeste grammaticale patronen, maar ook dat uit-gangen van een werkwoord hen onbekend zijn en de voltooide tijd gemakkelijk tot misverstanden kan leiden. Met de wetenschap dat hun gesproken taal geen slecht Engels is maar volwaardig Krio, zal menig docent een andere indruk krijgen van hun Engels.
| |
Bronnen
Arends, J., P. Muysken & N. Smiths (red.) (1996). Pidgins and creols, an introduction. Amsterdam: John Benjamins. |
Comrie, B., S. Matthews & M. Polinsky. De grote Taalatlas. Nederlandse uitgave, 2e druk 1998. Haarlem: Schuyt & Co. |
Muysken, P. (1999), Talen. De toren van Babel. Amsterdam: Amsterdam University Press. |
Todd, L. (1984) Modern Englishes: Pidgins and Creoles. Oxford: Basil Blackwell. |
| |
Homepages
http://isp.msu.edu/AfrLang/language |
http://www.christusrex.rog/www1/pater/JPNkrio.html |
http://www.globalpolicy.org/security/issues/slindex.htm |
htttp://www.odci.gov/cia/publications/factbook/geos/sl.html |
http://www.sierra-leone.org/proverb1.html |
http://www.sil.org/ethnologue/countries |
|
|