Alfa-Nieuws. Jaargang 1
(1997-1998)– [tijdschrift] Alfa-nieuws– Auteursrechtelijk beschermdElektronisch lezen leren
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 5]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Multimediale oefenmaterialenIn het rapport Klik aanGa naar voetnoot1) een vooronderzoek naar mogelijkheden van multimediale leermiddelen voor alfabetisering worden een aantal voordelen van dergelijke materialen genoemd.
Het rapport doet een aantal aanbevelingen voor de ontwikkeling van materialen op korte termijn, namelijk bij bestaande lesmethoden multimediale materialen maken. En op de lange termijn kiezen voor de ontwikkeling van een echte multimediale leergang voor alfabetisering voor anderstaligen, waarin de verschillende taalvaardigheden op elk gewenst niveau aan elkaar gekoppeld kunnen worden. De aanbevelingen van Klik aan voor de korte termijn zijn in het afgelopen jaar overgenomen. Er wordt gewerkt aan een multimediale versie van de oefenvormen van 7/43Ga naar voetnoot2), het leestechnische deel van de alfabetiseringsmethode voor volwassenen van het NCB, en aan een elektronische versie van leesmateriaal. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Elektronisch leesboekHet elektronisch leesboek is gemaakt voor cursisten van verschillende niveaus (Alfa NT2 niveau 1,2 en 3)Ga naar voetnoot3) en met verschillende leesproblemen, vooral lezers die blijven hangen, trage, aarzelende lezers, niet-doorlezers, gokkers, spellers, te snelle niet nauwkeurige lezers. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 6]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Het primaire doel van het programma is het tempo van lezen te vergroten. Het programma moet ‘hangende’ lezers vooral prikkels geven om door te lezen. Het is een soort raamwerk- programma. Het ontwerp biedt de mogelijkheid om steeds nieuwe teksten in te bouwen. Vooralsnog zullen uitgevers bestaand leesmateriaal multimediaal gaan vormgeven. Werken met bestaande al uitgegeven teksten heeft als voordeel dat het lezen van papier, in een echt boek normaal en mogelijk blijft. Er wordt nu gewerkt aan de drie leesboekjes bij 7/43Ga naar voetnoot4) en met Beter LezenGa naar voetnoot5) zal binnenkort worden gestart. Ook zijn er gesprekken met het NBLC gaande om de teksten uit het BasisbladGa naar voetnoot6) op CD-ROM te zetten. Elke leestekst in het programma wordt voorafgegaan door een gesproken samenvatting met een illustratie die relevant is voor de desbetreffende leestekst. Kernwoorden uit de tekst, die ook in de gesproken samenvatting voorkomen, verschijnen in beeld: woord voor woord, in de volgorde waarin ze uitgesproken worden. Dit is bedoeld als ‘opwarmertje’. Illustratie en samenvatting zijn door docent instelbaar: de optie kan aan of uit gezet worden. Het programma kent vervolgens een aantal oefenvormen.
Meelezen, de cursisten luisteren en lezen mee.
Lezen op eigen tempo
Lezen met een tijdbalkje De cursist moet in een gegeven tempo lezen.
Snel herkennen van grotere gehelen De cursist luistert naar een uitgesproken zin en zoekt die op in de tekst op het scherm waar de zinnen doorelkaar geplaatst zijn.
Begripsvragen bij de tekst
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 7]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Het schermbeeld van oefening 27 van 7/43: de electronische letterbak. Instructie: Maak oog. De cursist moet [oo] en [g] naar de goede plek slepen. Als die opdracht niet goed wordt uitgevoerd, springt de letter terug in de bak.
Als de cursist alle vragen heeft gemaakt, verschijnt de score. De score kan worden uitgeprint en bewaard en is ook opvraagbaar door docent. Niet alle teksten beslaan maar een scherm. Er wordt dan ook een mogelijkheid opgenomen om door de tekst heen en weer te bladeren. Omdat de doelgroep bestaat uit echt beginnende leerders, is er gekozen voor een zo sober mogelijke vormgeving. Wat er aan toeters en bellen is, is functioneel en gericht op de doelstelling tempo lezen. Uiteraard kan de cursist op elk moment terug naar het hoofdmenu en kan hij het programma verlaten. De resultaten van de cursist worden geregistreerd en de leerroute is instelbaar door de docent, bijvoorbeeld de volgorde van leesteksten en oefenvormen. Het programma werkt snel, zonder wachttijden voor de cursist, of met een duidelijke aanduiding van ‘even wachten’, bij voorkeur met blokkering van overige functies. Dat voorkomt het random indrukken van allerlei functies. | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
7/43 uit de MM-machineOok bij het alfabetiseringsmateriaal van het NCB (Een zekere woordenschat, 7/43, De kop erop en Tempo) worden twee CD-roms | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 8]
| |||||||||||||||||||||||||||||||||||
ontwikkeld waarmee de techniek van het lees - en schrijfproces geoefend kan worden. De oefenvormen zoals die in de methode zijn vormgegeven, zijn het uitgangspunt voor de multimediale versie. Het gaat dus vooral om de oefening van de analyse en synthese van de basiswoorden in al zijn vormen. Na een korte introductie kunnen de cursisten zelfstandig aan de gang. De bediening van het programma is eenvoudig. Er wordt geklikt, gesleept en gedropt en bij een enkele oefening wordt er gewerkt met een heel eenvoudige tekstverwerker. De cursisten kunnen meelezen met een voorgelezen tekstje, zij kunnen een ingesproken en zelf gelezen woord of zin vergelijken met een voorbeeld uit de machine. Er flitsen woordbeelden over het scherm en er wordt gewerkt met een elektronische letterdoos. Het programma houdt pogingen en goede reacties bij en ook de docent kan de vorderingen van de cursisten terughalen. De feedback op goed of fout is vriendelijk, met een geluid of met een vinkje. Foute woordbeelden komen niet op het scherm, omdat letters en woorden terugspringen als er een fout gemaakt wordt.
De software voor het elektronisch leesboek in opdracht van CINOP en bij 7/43 in opdracht van NCB wordt ontwikkeld door Henk Sitser, samen met twee begeleidingsgroepen. De eerste CD-ROMS worden uitgegeven door het Nederlands Centrum Buitenlanders in Utrecht en zullen in de loop van het volgend jaar beschikbaar zijn. |
|