Staatshoofdbeleediging
Wij hebben nu weer een rechtzaak wegens Vreemde-Staatshoofd-beleediging. Dr. van Ravesteyn, het vroegere kamerlid, wordt vervolgd, omdat hij den Italiaanschen koning verraad van de Italiaansche grondwet heeft toegeschreven. Dat is natuurlijk pijnlijk voor dien koning en mag daarom niet.
Hoe het toch vroeger was? Toen hoorde men zelden of nooit van zulke dingen. Zijn die ‘Hoofden’ zooveel verraderlijker geworden of onze landgenooten zooveel kwaadaardiger? Of lette men er toen misschien minder op wat iemand van staatshoofden zei, omdat het er gewoonlijk niets niemendal op aan kwam? Tegenwoordig schijnt het er wel op aan te komen. Het Staatsgezag in 't algemeen wordt er door ‘ondermijnd’, als men van den Mogol van Kamschatka zegt, dat hij bijv. ‘uit zijn das ruikt’. Hoe dat zoo kan, ik meen de ondermijning is niet duidelijk, maar de Justitie zal 't wel weten. Het schijnt samen te hangen met een algemeen gebrek aan eerbied voor de Gestelde Machten, dat