Ad Interim. Jaargang 2(1945)– [tijdschrift] Ad Interim– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 110] [p. 110] Muus Jacobse Het wonder I Zij bouwden aan hun toren tot een teken Van heerschappij, kennende goed en kwaad, Die van zonsondergang tot dageraad Bevamen zou het rond der hemelstreken. Zij bouwden, bouwden - en toen zij de maat Der transen tot de wolken zagen steken, Ving ieders stem, extatisch, aan te spreken In eigen taal van eigen grootse daad. En 't vreemde wonder rees: uit wat vereende, Het woord van God geleerd, wies een vervreemden, Tot er niets restte dan een kreet van pijn. En tevergeefs verpulverd tot historie Zonk steen na steen, zwaar van zijn eigen glorie, Om in het woord dood en verdoemd te zijn. [pagina 111] [p. 111] II Uit alle landen kwamen zij tezamen, Vreemden die zochten naar het oud verbond. Zij spraken talen die men niet verstond En zij verstonden niet bij wie zij kwamen. Maar toen de Pinksterdag hen biddend vond - Uit één verlangen kwamen zij tezamen -, Wat was dat vuur dat zij opeens vernamen? Wat was dat waaien dat hen plots omstond? Het waren, alle vreemdlingschap ten trots, Woorden die spraken van de daden Gods: Hún woorden waren 't, maar opnieuw begonnen Als uit Gods eigen mond - uit eenzaamheid Tot eeuwig leven in de Geest bevrijd, Omdat het Woord de dood had overwonnen! Vorige Volgende