Ad Interim. Jaargang 2(1945)– [tijdschrift] Ad Interim– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 112] [p. 112] Adriaan Morriën Laatste vlucht Te moeten sterven in den nacht terwijl de sterren om je stralen alsof je in hun licht kon dalen buiten gevaar en doem gebracht. De dood gunt je zelfs niet den tijd om dankbaar aan de vrouw te denken die alles aan je weg wou schenken, haar glimlach vol van zaligheid. De bosschen van het vaderland de bloemen in de lenteweiden je ziet ze in een flits verglijden, zoo snel als 't wuiven van je hand. Zoo snel dat je niet eens een snik om 't jonge leven kunt versmoren maar enkel nog den donder hooren van het ontzettend oogenblik. Dan lig je reeds voorbij den tijd met schuim en bloed tusschen je tanden en met de innigheid der handen voor zon en regen uitgespreid. Maar om je heen is het nog nacht, de herfst doet tak en blaren wiegelen en je gebroken oogen spiegelen den hemel met zijn sterrenpracht. Vorige Volgende