Disspuet tussen een Advokaat en Doctoor.
Een Advocaat en een Doctoor in de Medicynen twistede met elkanderen, om wie van hen beiden de meeste eere toekwam, de Advocaat wilde beweeren dat hun grooter en hooger Eerre dan den Doctoor behoorden gegeven te worden, en wel om dat hy in de geleerdheid van 's Lands Wetten en Rechten onderwezen waar, welke wetenschap zo Edel was dat zelve de Roomsche Keizer Justinianus een voornaam hersteller daar van geweest waar. De Doctoor beweerde in tegendeel dat hy die in de geneeskunde ervaaren was, om derzelver noodzakelykheid, als zynde de bezorgers van 't Menschen gezondheid, een kunst veel noodzakelyker voor het Menschdom, daar en booven dat men veel beter Advocaten dan Doctoren konde misschen; dit verschil konde zy niet vereffenen, derhalven gaven zy hetter beslissinge over aan een aanzienelyk en verstandig Heer, welke ziede: Wanneer een Misdadiger na de Galge gevoerd word, zoo gaat de Dief altyd voor en de Beul volgt hem, over zulks is het ook redelyk dat myn Heer den Advocaat als den Dief voorgaat, en den Doctoor als de Beul van 's Menschen leeven navolgt.