[Jan Klaaszoon van Hoppen]
HOPPEN (Jan Klaaszoon van), een der burgemeesters in 1566 door de landvoogdes zelve te Amsterdam aangesteld. Hij had echter reeds vroeger die betrekking bekleed. Men verhaalt dat van Hoppen, van ketterij beschuldigd, om zich te zuiveren naar Rome in bedevaart moest vertrekken, daar hem opgelegd werd een glas in de kerk zijner parochie te vereeren. Dit glas is nog in het voetboogschutters koor in de Oude kerk aanwezig en door Wagenaar beschreven in Beschrijv. van Amst. D. VII bl. 319, 320.
Zie ook Wagenaar, Beschrijv. van Amst., D. III. bl. 143, 165, D. VII. bl. 329.