Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 8. Tweede stuk

[Christiaan Hoppe]

HOPPE (Christiaan) werd in 1621 te Amsterdam geboren, studeerde te Helmstadt, werd in 1647 predikant bij de Luthersche gemeente te Enkhuizen, in 1656 te Haarlem, in 1660 te Amsterdam, waar hij in 1670 overleed. Hij was een man van grooten invloed op de denkwijze van velen zijner tijdgenooten, schoon ook door anderen grievend miskend, die de theologie der Hollandsche hoogeschool veroordeelden. Hij wijdde zich sedert 1652 aan de opleiding van jongelingen tot de Evangeliebediening. Eene door hem uitgegevene preek getiteld: Eene korte afhandeling van de Praedestinatie of Verkiezing over I Petri 1 vers 2a, werd in 1710 voor de 4demaal herdrukt en is slechts 6 bladz. in 4^o. groot.

Hij ontwikkelt hierin dit leerstuk naar zijne zienswijze en wederlegt de leer van andersdenkenden, bijzonder der Gereformeerden, doch zonder eenige hatelijkheden.

Hij is in zwarte kunst afgebeeld, door J. Veenhuysen; en nog eens, zonder naam, maar zeer fraai, door W. Vaillant.

Behalve deze preek heeft men nog van hem:

Onderrigting voor het Avondmaal, Amst. 1722, 8^o. Op nieuw uitgegeven door Zacharias Bezius.

Godgeleerde Verhandeling over den staat der dooden en die wederom opstaan, tegen het gevoelen van Thomas Burnet, onder het opzigt van J.G. Walchius opentlijk beredentwist, Amst. 1729, 8^o., Amst. 1751.

Zie Schultz Jacobi en Domela Nieuwenhuis, Bijdr. tot de Geschied. der Evang. Luth. Kerk, St. I. bl. 188, St II. bl. 102, St. VII. bl. 22; Domela Nieuwenhuis, Geschied. der Amst. Luth. Gem., D. II. bl. 99, 103, 143; Glasius, Godgel. Nederl., o.h w.; Abcondo, 3de Aanh. van Nederl. Boek., bl. 759; Arrenberg, Naamreg., bl. 201; Muller, Cat. van Portr., waar hij Cornelis genoemd wordt.