Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 8. Tweede stuk
(1867)–A.J. van der Aa– Auteursrechtvrij
[pagina 862]
| |
gen, bewees het kerkgenootschap waartoe hij behoorde in Friesland gewigtige diensten, en stierf in 1831. Hij schreef: Godsdienstige vertoogen, Harlingen 1800, 8o. Vragen en antwoorden over de Godsdienst, Haarl. 1805. Lijkrede op Oosterbaan, Amst. 1807. Kerkelijke redevoeringen bij gewone en buitengewone gelegenheden, Gron. 1815. De geschiedenis van Jezus, in gesprekken, Harl. 1815. De geschiedenis der Apostelen, in gesprekken, Harl. 1818. De gelijkenissen van Jezus, in gesprekken, Haarl. 1821. Zedelijke en godsdienstige Vertoogen, 1ste en 2de Stuk, Arnh. Kerkelijke redevoeringen, Haarl. 1837.
Zie Glasius, Godgel. Nederl., D. I. bl. 114; de Crane, Cat., bl. 80. |
|