[Filips van Bourgondie]
BOURGONDIE (Filips van), Heer van Beveren, zoon van den voorgaande, werd na de dood van Karel den Stoute onder die Veldoversten geteld, welke de invallen der Franschen in de Nederlanden hielpen wederstaan, zoodat hij zich reeds vroeg een nuttig dienaar der Landvorstin Maria toonde. Hij schijnt ook tegenwoordig te zijn geweest in het beleg van Terouanne, en bij den veldslag van Blangis, in het jaar 1478. Men vindt hem als Ridder van het Gulden Vlies tegenwoordig op een feest dier orde, hetwelk de Aartshertog Maximiliaan ten jare 1481 binnen s Hertogenbosch deed plaats hebben, en in het zelfde jaar trad hij in den echt met Anna van Borssele, erfdochter van Vere, waardoor hij, als haar gemaal, tot Heer van Vere, Vlissingen enz. werd gehuldigd.
Na de dood van Maria van Bourgondië werd hij door de Vlamingen verkoren tot een der voogden over den jongen Erfvorst, Philips den Schoone. Ook werden in het jaar 1484 zijne krijgsdeugden beloond, met zijne aanstelling tot Gouverneur-Kapitein Generaal van Vlaanderen, voorts was hij een der Bevelhebbers, onder welke de Vlamingen in dat zelfde jaar eenen inval in Braband deden; dan weinig tijds daarna verliet hij de partij der Vlamingen en omhelsde mede de gevoelens van het Hof.
De Hoekschen in het jaar 1492 in Walcheren geland zijnde staken Westkapelle in brand, Filips begaf zich onmiddellijk derwaarts, doch kwam te laat om het onheil te verhoeden. Naauwelijks was dit verrigt of hij moest, als Admiraal der Nederlanden, zich aan het hoofd stellen der zeemagt, die Sluis, waar zich nog eenige voorname Hoekschen ophielden, te water allen toevoer en het uitloopen moest beletten.
Of hij na het bemagtigen van Sluis zijn Bevelhebberschap te Lande weder heeft opgenomen en tegenwoordig was bij den inval die de Roomsche Koning Maximiliaan deed in Artois en bij het overmeesteren van Atrecht blijkt niet, maar wel dat hij zich gestadig bij Hertog Albert van Saksen te Sluis ophield, zeker ten einde die vesting, welke van veel gewigt was, te verzekeren en den Hoekschen, zoowel als den misnoegden Vlamingen, alle hoop te benemen, van die weder in hun geweld te krijgen.
Filips overleed den 4den Julij 1498 te Brugge in Vlaanderen. Hij won bij zijne bovenvermelde gemalin eenen zoon Adolf van Bourgondië, die volgt, en twee dochters Magdalena van Bourgondië, die gehuwd is geweest aan Joost van Cruyninghen, Heer van Heenvliet, Hazertswoude enz. en Charlotta van Bourgondië, die men ook Anna genoemd vindt. Het afbeeldsel van Filips treft men aan in Gargon, Walchersche Arkadia, D. II. bl. 106.