[Hobbe van Aylva]
AYLVA (Hobbe van), geboren in 1552 op Tjessinga-state te Hylaard, was een zoon van Ulbo van Aylva en Sjouk Heringa. Hij werd den 9 November 1610 tot Grietman van Baarderadeel aangesteld, en was in 1609, 1620 en 1633 gevolmagtigde ten landdage, en volgde als zoodanig in 1620 de lijkstatie van Willem Lodewijk, Graaf van Nassau, Den 24 Maart 1621 werd hij tot Curator der Hoogeschool te Franeker benoemd. In 1639 deed hij ten behoeve van zijnen zoon Epo van Aylva, dien wij reeds vroeger vermeld hebben, afstand van de grietenij, en was in het volgende jaar Commissaris politiek bij de Synode te Leeuwarden.
Hij overleed den 14 Junij 1645 in den ouderdom van drie en zestig jaren, en was twee malen gehuwd geweest, eerst met Frouk van Aylva van Witmarsum, die den 25 December 1617 overleed. Zijne tweede vrouw, Jetske Mockema, baarde hem twee kinderen.
Zie Baerdt van Sminia, Nieuwe Naaml. van Grietm., bl. 232 en 233.