[Menso Alting]
ALTING (Menso), de tweede zoon van den bovenvermelden beroemden Godgeleerde Hendrik Alting, geboren te Groningen, werd, terwijl hij zich na den afloop zijner studiën, van wege de Staten zijner provincie te Amsterdam bevond, in Junij 1648, tot Hoogleeraar in de regten te Deventer aangesteld. Na verloop van vier jaren ontving hij eene beroeping naar Utrecht, welke hij van de hand wees, maar in 1654 aangesteld zijnde tot Raadsheer in zijne geboortestad, vertrok hij derwaarts en overleed aldaar in 1678.
Zie C. Fransen van Eck en Mr. P. Bosscha, het tweede eeuwfeest van het Athen. Illustre te Deventer, op den 16 Febr. MDCCCXXX, plegtig gevierd, bl. 96.