[Hieronymus van Alphen]
ALPHEN (Hieronymus van), geboren den 9 Mei 1700 te Amsterdam, was een zoon van Hieronymus Simons van Alphen, die later volgt en van diens tweede vrouw Martina Jansdochter Biler. Na zijne studiën volbragt te hebben werd hij eerst in het jaar 1724 Predikant te Nieuw-Loosdrecht. Nog aldaar staande, kwam hij in 1725 bij de Curatoren der Hoogeschool te Harderwijk in aanmerking, om tot opvolger van den Hoogleeraar Meijer benoemd te worden. Vervolgens werd hij in het jaar 1726 Predikant te Leeuwarden en eindelijk in het jaar 1733 te Amsterdam. Behalve eene Latijnsche verhandeling
De terra Chadrach et Damasco
heeft hij geschreven:
Verklaringen van het XXIV en XXV Hoofdstuk des Euangeliums van Mattheus, Leeuw. 1734. 2 deelen 4o, in welk doorwrocht werk 's mans oordeelkunde en geleerdheid allezins doorstraalt.
Korte schets der Godgeleerdheid, Utrecht 1748. 4o.
terwijl hij zich tevens als beoefenaar der Nederduitsche dichtkunst heeft doen kennen door: