Voor de gelukkige vinder(1967)–Jaap Zijlstra– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 22] [p. 22] Galilea In het voorjaar ligt de veelvervige rok van Jozef over de heuvels gespreid, nu de kemelsharen mantel van Johannes de Doper. Mensen lopen als mieren over het wisselkleed van de seizoenen. Ook hij ging hier zijn gang. In Kana waar hij woorden sprak van het zuiverste water, wijn dronk op de gezondheid van bruid en bruidegom, liederen zong van het Hooglied. In Nazareth waar het feest niet doorging. In Naïn waar het leven weer zijn gewone wonderlijke loop nam. In de plaatsen gehecht aan het meer, [pagina 23] [p. 23] waar de doven hun oren niet konden geloven, waar het hoge woord is gesproken door de geluksprofeet. Het begon de aarde te dagen in het achterland Galilea, daar kwam hij aan het licht, Gods uitgesproken goedheid. Vorige Volgende