Economische liedjes

[p. 45]

Het welkom.

Wys: Hier heeft my Rozemond befcheiden.

Ik zie dan 't eind van myn verlangen,

Gy treedt myn' stille woning in!

'k Mag u dan in myn arm ontfangen,          (tweem.)

Wees welkom, lieve hartvriendin!          (tweem.)

Wees welkom, waardigste aller vrouwen!

Ik ween, maar 't is van dankbaarheid...

Mag ik myne oogen wel betrouwen?          (tweem.)

Of word ik weêr door schyn misleid?          (tweem.)

Nooit sluit de zagte slaap myne oogen,

Of 'k ben by u; gy spreekt met my.

Nu word ik immers niet bedrogen,          (tweem.)

'k Zit immers waarlyk, aan u zy?          (tweem.)

[p. 46]

 

Behaagt u myn eenvoudig leven,

 

Waar in ik zó gelukkig ben,

 

Dat ik het niet zou willen geven,          (tweem.)

 

Voor 't prachtigst leven dat ik ken?          (tweem.)

 

 

 

o Ja, 'k beleef hier gouden dagen;

 

'k Heb nooit naar overvloed gehaakt:

 

En mogtik nog één weldaad vragen,          (tweem.)

 

o! Dan was myn geluk volmaakt,          (tweem.)

 

 

 

Deed my de Hemel dit verwerven,

 

Dan scheidde gy nooit van my af;

 

Wy leefden t'zaam, om t'zaam te sterven,          (tweem.)

 

Dan rustten wy in 't zelfde graf.