Joden die hier namaakkant verkoopen, hebben eene Fransche vlag uitgestoken, want het is heden den verjaardag van de inneming der Bastille. Maar daar hingen reeds halftop, aan stadhuis en gebouwen die van het stadsbestuur afhangen de roode, groen-omrande vaandels, die den rouw betuigden van het gemeentelijk beheer, in de eigen gemeentelijke kleuren. Karel Buls was wel degelijk dood. En, zelfs bij de voorbijsnellende naaistertjes, zelfs bij de slungelige kantoordandy's scheen het verslagenheid te wekken.
Want Karel Buls was, zonder twijfel, het meest-populaire figuur in Brussel, al was hij nog nauwelijks een Brusselaar, vermits hij sedert tijden twee derden van het jaar als eeuwig-gretig tourist sleeping cars en transatlantiekers tot woonplaats had verkozen. Negentien jaar lang echter had hij over de stad geregeerd (het woord is niet te sterk) als een beminnend en klaarziend vader (de uitdrukking heeft niets overdrevens). Waarbij kwam, dat hij een onvergetelijk uiterlijk had.
Als Karel Buls van Spaanschen bloede niet is - of was, - dan zijn wij gedwongen aan mimetisme te gelooven. Want geen Vlaming (hij heeft zich dikwijls als Vlaming gedragen, deze Brusselsche patriciër), was als hij het levend bewijs, dat Vlaanderen en Brabant Spaansch bezit zijn geweest, en zijne verschijning riep het beeld op van Alva, - Alva, die misschien de onthalzing van Egmont en Hoorn gadesloeg door de groene vensterruitjes van de kamer, waar Karel Buls zoolang burgemeester op weergalooze wijze de stad heeft bestuurd. Alva en Buls, heerschend van uit dezelfde zaal, en haast naar zelfde uiterlijk, hoe de geest, gelukkig, verschilde.....
Met blikken, die ten doode toe bedroefd schenen, binnen wallen van oogleden als de aangeslibde dorheid van een