'Altijd maar bijeenblijven'. Brieven aan C.A.J. van Dishoeck, 1903-1929
(1997)–Karel van de Woestijne– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 211]
| |
174 Brussel, begin juli 1919Waarde Vriend, Ik ben een tijdje weg geweest; nu vind ik thuis de droevige mare. Mijne vrouw en mij heeft zij diep ontsteld: wij herinneren ons nog heel goed de foto die je ons in 10 en in 13 van het heerlijke baasje toonde; zoo'n flink kereltje. Wat heb je moeten lijden, beste vriend! En wat is dat hard voor je vrouw! Bied haar, bidden wij u, de uitdrukking van ons innig medelijden aan, en geloof dat wij diep in uw smart deelen.Ga naar voetnoot1 Van harte, met warmen handdruk, je Karel van de Woestijne |
|