'Altijd maar bijeenblijven'. Brieven aan C.A.J. van Dishoeck, 1903-1929
(1997)–Karel van de Woestijne– Auteursrechtelijk beschermd80 Brussel, eind november 1906Waarde Heer van Dishoeck Hartelijk dank voor de toegestuurde gelden. Dat is allervriendelijkst van U. Geloof dat ik me tegenover U zeer verplicht gevoel. Ook voor uw bemoedigende woorden ben ik U dankbaar. Ik ben nu weêr kalmer, geruster, en 't werk zal nu al heel spoedig klaar komen... Neen, meer kunt u met die bloemlezing van ‘Prudens van Duyse’ niet oploopen, maar... in Holland zal dat toch niet pakken, vrees ik.Ga naar voetnoot1 Van Duyse heeft voor ons, Vlamingen, een zekere beteekenis. In een tijd, dat er in Vlaanderen niets was, was hij veruit de beste. Hij maakt deel uit, is een toppunt van onze cultuurgeschiedenis, evenals, b.v., Pol de Mont.Ga naar voetnoot2 Hij heeft ook wel eenige kernige, krachtige verzen geschreven; maar - in Holland, waar hij weinig gekend is, en géen cultuurbeteekenis heeft, zal hij alleen om zijn literaire waarde zijn te beoordeelen, en, zeer verouderd als hij is, vrees ik wel dat het gehoopte posthuum succes een fiasco wordt. Maar oneer is er natuurlijk nooit, een bloemlezing van Van Duyse uit te geven, al even weinig als om een bloemlezing van zijn tijdgenoot Bilderdijk, en veel minder dan om eene bloem- | |
[pagina 99]
| |
lezing uit mindere sterren, als een Tollens of zoo...Ga naar voetnoot3 In ‘Vlaanderen’ zal er ook wel, denk ik, bij gelegenheid van die uitgave, een uitvoerig opstel verschijnen, dat U misschien van dienst zal kunnen zijn. De Wandelende Jood kreeg ik van Vermeylen.Ga naar voetnoot4 Hartelijk geluk gewenscht om de uitvoering! En voor uw verzoek - adressen van congregaties: ik heb onmiddelijk geschreven aan een Professor der Universiteit van Leuven, die daarvan goed op de hoogte is. Zoodra zijn antwoord ontvangen stuur ik het u op.Ga naar voetnoot5 Die studie van V. Oordt las ik ook wel graag.Ga naar voetnoot6 Met herhaalden dank en vr. groeten, Uw d.w. dr. Karel van de Woestijne |
|