29 Sint-Amandsberg, 8 april 1905
Waarde Heer,
Wil me verontschuldigen dat ik U tot op heden niet heb bedankt voor de toezending der 94 F voor den heer Veen. Ik heb acht dagen te bed gelegen door overspanning, en ben slechts heden opgestaan. Ik heb me dan verhaast het geld naar Veen op te sturen. Zoodra ontvangen zend ik U de helft der exemplaren van ‘Het Vader-huis’.
Met vriendelijke groeten
Uw dw. dr.
Karel van de Woestijne