Een bundeltje lyrische gedichten(1936)–Karel van de Woestijne– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende Stad o Stede-laan, wat zijn uw meisjes schoon! Eens was ik jong, en 'k ben niet jong gebleven... Stad: eind-punt; vier-kant; rust en zekerheid. 'k Zet me op een paal; ik wacht den roep der ijlte. Vorige Volgende