De smartelijke tweespalt
Het gansche lyrische werk van dezen genialen kunstenaar is de lange en oprechte belijdenis van een schrijnende innerlijke verdeeldheid van het gemoed, waaronder hij trouwens tot aan het einde van zijn leven heeft geleden. Deze gespletenheid heeft zijn oorsprong in een gebrek aan evenwicht, dat doorgaans den vorm van een strijd tusschen de zinnelijkheid en den drang naar God aanneemt. Af en toe slechts heeft de dichter het evenwicht bereikt tusschen deze antithetische elementen, die hem zijn leven lang vervulden. Wordt hij door bovengenoemde tweespalt, die zijn levenstragiek uitmaakt, aanhoudend verdeeld, toch ligt achter het drama steeds een mogelijke poëtische of geestelijke zieleweelde klaar. Dit belet evenwel niet, dat de rijkste gemoedsvervuldheid of een gevoel van geluk vaak met een zekeren zielsangst kunnen gepaard gaan.