Isaac Israels aan Augusta Maria Witsen-Schorr
| Plaats: aan boord, 500 mijlen van Genua |
| Datum: 4 november [1921] |
| Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
[briefhoofd Stoomvaart Maatschappij Nederland]
4 nov. 500 mijlen van Genua
Beste Marie,
Al een week op zee! en ik besta nog. Maar vanaf Southampton is het dan ook een opera-zeeweer. Palle zon, blauwe zee en lekker warm. De kaptein is werkelijk aardig - hij lijkt precies op de tweede figuur links van de
[1:2]
Staalmeesters. Die, die bezig is van de tafel op te staan. Kijk maar eens een foto na. Mijn grootste succes tot dusver is geweest dat die brave kaptein die mij eens kwam opzoeken in mijn hut, zich net precies zoo klemde aan het raam hor, als ik dat had gedaan! (Hij wou mij even zeggen hoe dat 't beste sloot!!)
Je wordt hier langzamerhand een doodeenvoudig gewoon beest, altijd bij de hand als er maar weer wat te bikken of te drinken valt en bepaald
[1:3]
verdierlijkt men hier totaal, want het spijt mij nù nog dat ik eergisterochtend een glaasje advokaat dat rondgepresenteerd werd, afsloeg!!! Mijn tafeltje dat ikzelf gecomposeerd had, bestaande uit de Baron, een jong Mr., een jeune fille en mijzelf begint mij eigenlijk al iets te vervelen - ik zou niet graag willen dat 't zoo duurde tot Indië. Enfin in Genua gaat de Baron eraf en dan krijgen we de Mama van de jeune fille en haar jongste zus. Zal ik aan de hofmeester vragen het tafeltje
[1:4]
maar te liquideeren? Voilà la grande question.... Je ziet hoe ik al de passagiersgeest te pakken heb. In Genua komen er nog 40 passagiers bij. dan zijn wij compleet en dan begint de reis pas hm. hm. Het is lang, dat moet men zeggen....
Dus als je weer van me hoort zit ik al lekker in de warmte.
Beiden omhelsd van
Isaac
Auteursrechtvrij