Cato (Catharina Bartholomea) Alberdingk Thijm-Horyaans aan Willem Witsen
Plaats: Baarn |
Datum: 17 februari 1916 |
Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
Baarn 17 Februari 1916
Hooggeachte Heer Witsen,
Zoo als U weet is onze finantiëele toestand vrij slecht. Dank zij eenige hulp, konden wij echter in het afgeloopen Jaar onze meeste schulden afdoen, maar bleven er nog een paar over. Deze schulden bedragen f 400. en indien wij ze niet heel gauw betalen, ben ik vreeselijk bang voor in beslagname die dan zal volgen.
Ik heb U al eens om hulp gevraagd, een
[1:2]
paar Jaar geleden toen mijn Man voor zijn gezondheid naar Laroche moest en U was zoo vriendelijk mij toen een eind op streek te helpen. Zoudt U niet nog eens een poging willen doen ons aan een gedeelte van dit bedrag te helpen.
Ik vind het heel naar U hier om lastig te moeten vallen, maar werkelijk ik weet er anders geen raad
[1:3]
mee en met dat bedrag zou alles nog goed kunnen komen.
Indien U mij hier over zoudt willen spreken, kom ik natuurlijk heel graag te Uwent.
Met hartelijke groeten aan U en Uw Vrouw verblijf ik
Uw dw.
C. Alberdingk Thijm