Willem Witsen aan J.H.E. Arntzenius-Witsen
Plaats: [Amsterdam] |
Datum: 1 juni 1912 |
Verblijfplaats: KB 79 E 42 |
[1:1]
Oosterpark
1 Juni 1912
Het is alweer net of er niets gebeurd is, lieve Cobi, jullie in den Haag en wij hier! Mijn klomp brak toen je briefkaart kwam; daar heb ik niet op kunnen rekenen dat je mìj nog vóór zou wezen. Het is het record van vlugheid! Wij hadden een voorspoedige en gezellige reis, hoewel ook wel warm. Maar in Arnhem was 't de eene teleurstelling na de andere. Mevrouw Baukema niet thuis en hij niet en Jan niet thuis en Marie in bed. Daar heb ik alleen
[2:2]
in verlaten kamers gezeten en door 'n melancoliek tuintje geloopen totdat M. mij roepen kwam om even bij Marie te komen. Toch ook erg zielig zoo alleen ziek te liggen: Jan op zijn bureau natuurlijk en de jongens naar school. Alleen 'n klein meisje in de keuken, 'n dag dito of hit. En bij Baukema de jongste dochter alleen thuis, die zoo verlegen is dat ze voortdurend blijft staan en fronst. - Toen naar een tentoonstelling waar Mevr. Baukema moest zijn en waar M. een afspraak met haar trachtte te maken
[2:3]
door 'n suppoost. Toen met 'n rijtuig den Velper weg op om v. Soest te zoeken die nergens bekend was. Van 't kastje naar de muur gestuurd; naar 'n schilder in 'n woonwagen die v. Soest niet was, heelemaal niet. Eindelijk, in Velp waar M. de ingenieuse gedachte had dat de juffr. uit 'n banketbakkerswinkel 't wel zou weten, eindelijk komen we bij v. Soest op 't uur dat we alweer terug moesten zijn in Arnhem, voor Musis, waar 'k ook Jan telefonisch had laten komen. Natuurlijk 'n half uur te laat en Jan uit z'n humeur en ongelukkig!
[2:4]
Hij moest ook gauw weer weg om thuis vleesch te snijden voor de jongens. Wij samen in Centraal, M. met hoofdpijn - gelukkig nog een goede maaltijd - 'k had zoo'n honger! - en van daar naar 't station met Jan & Baukema die ons in Centraal kwamen halen. We hebben niet eens rustig eens kunnen praten en Mevr. B. hebben we heelemaal niet gezien. Thuis stond alles nog op z'n plaats en om half elf was de koffer al uit gepakt en in de kast geborgen en alles opgeruimd. Dat thuis komen is altijd prettig en je eigen bed ook! Vandaag heb 'k weer op de schuit gewerkt in Uilenburg met 77o warmte. Wel
[1:5]
een groote tegenstelling met die heerlijke lucht in de bosschen. Hè, wat was 't daar heerlijk in 't bosch en de gezellige wandelingen & al 't praten en vertellen! Enfin, daar hoef 'k niet over te schrijven, dat weten we allemaal wel! Maar in Uilenburg voelde 'k me ook weer thuis hoewel 'k 't niet getroffen heb vandaag want 'k kon niet liggen waar 'k wilde en heb niet veel kunnen uit voeren. Bij v. W. & Co. was nog niets ontvangen van Mouton, zoodat daar wel uit blijkt dat de drukker nog niet klaar is en ik nog niet behoef te komen. Misschien na de volgende week of later dat zal 'k in ieder geval nog wel schrijven en ook of we dan 'n paar dagen komen kunnen of dat 'k heen en weer moet op
[2:6]
eén dag. Want je begrijpt wel dat, wanneer 'k niet voor de etsen er moet zijn, al 't werk hier mij weerhoudt. Morgen ga 'k weer aan 't West indische Huis waar 'k erg naar verlang. Nu, lieve Cobietje, maak nu maar dat je goed slaapt door je rustig te houden en je de dingen die niet naar je zin zijn niet te veel aan te trekken. Er komt zóóveel terecht met geduld en goeden moed!
Veel hartelijke groeten aan allen van ons beiden
je
Wim
Wat zeg je van dit papier? Is 't niet aardig? Niet te veel en niet te weinig!