Gerrit Jan Hofker aan Willem Witsen
Plaats: [Arnhem] |
Datum: [10 september? 1911] |
Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
Zondag.
Beste Wim, hartelijk dank voor je brief. Marie vindt mij ook een knorrepot, maar dat moet je wel zijn, wil je er een beetje de orde in houden bij vrouwen, etsers en litteratoren, die altijd hun eigen gangetje gaan. Van litteratoren gesproken van de week kreeg ik op de inspectie bezoek van Arthur, die 's avonds met Vogelaar, zeer tot ons genoegen ons kwam opzoeken. Hij was met de woning zeer ingenomen en op zoek naar een dito
[1:2]
voor zich zelf. Hij zou ons nog eens komen bezoeken, maar ze schijnen weggeregend te zijn, tenminste Marie heeft ze in de v. Lawickvanpabststr. den volgenden nog zien zitten op een bankje, maar verder hebben we niets meer van ze vernomen. Vogelaar is nog altijd dezelfde met dat aardige snuit, dat echter helaas angstwekkend slap is. Moge Arthur hem nog eens wat minder
[1:3]
indolent maken. Met zijn levenslot heb ik, (juist om zijn aardig snuit en òm zijn heroïsche gelatenheid), altijd te doen. Ik gun hem beter leven dan dat langs 't kantje loopen van den dood, met een glaasje, dat hij waarschijnlijk doet.
Wij zijn nu gespannen jullie hier te zien. Schrijf 't dan vooruit. 't Liefst zouden we jullie te eten hebben; dat is wel 't gezelligst. 6, 7 en 8 dezer komt Cathrien, maar jullie zullen wel
[1:4]
nog niet weer reisvaardig zijn. Wij hooren dus nader wanneer en of je onze uitnoodiging om te komen eten kunt aannemen.
Vanmiddag moeten wij naar Baukema. Af en toe hebben we hem nog wel eens in gezelschap van anderen zien wandelen. Hij ziet er altijd bijzonder fraai uit, kleurig bedoel ik.
Volgens Arthur ben je van je kleur-etsen terug gekomen. Waarom?
Hartelijke groeten ook aan M. en van M.
je
Jan
[2:5]
Wij komen zoo juist eenigszins verrukt van de Baukema's terug in het vooruitzicht dat Marie, Jan en Wim Woensdagmiddag in het bijzonder de aardige dingen mogen komen kijken die Marie Baukema bezit: schelpen, beendertjes, cactusjes enz. En verder vergast Marie er zich opnieuw op het interieur van mooie kasten weer te zien en nader te kunnen praten met Marie Baukema, die ons zeer bijzonder lijkt en ongemeen aimabel onder eene
[2:6]
stroeve uiterlijkheid. Zij schijnt eene zeer dichterlijke natuur te zijn.
Gegroet
Jan