Willem Johannes Theodorus Kloos aan Willem Witsen
Plaats: Den Haag |
Datum: 4 juli 1906 |
Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
Den Haag
Regentesselaan 176.
4 Juli 1906
Beste Wim,
Vanmiddag, toen ik met Jean terugkwam van ons gewone middagloopje, was de groote slag gevallen. De post had inliggenden brief uit Voorburg gebracht.
Ik zou nu wel kunnen zeggen, dat het een paar dagen over den tijd is, dus dat zij geen recht meer hebben om op te zeggen, maar dat geeft natuurlijk niets anders, dan dat zij het ons moeielijker maken bij overgang. Ik zou hen door een actie moeten dwingen, den volgenden jaargang óók te bezorgen, maar voor een proces heb ik natuurlijk geen geld, en al zou ik het winnen
[1:2]
dan zou de N.G. toch zoo lang stilgestaan hebben en dus tòch zijn verloopen.
Wat moet ik nu in 's hemels naam doen? Ik ben er wel beroerd aan toe. Ik antwoord hen maar niet, voordat je mij je goeden raad hieromtrent hebt gegeven. Want ik weet niet, wat ik nu moet antwoorden.
Was dat met Groesbeek maar beter geloopen! Van Deyssel heb ik geschreven, zooals ik je liet lezen en verbeterd zooals je mij aangaf. Maar ik ontving natuurlijk nog geen antwoord.
Zou ik je vriendelijk mogen vragen dezen brief, met je oordeel, eenigszins spoedig terug te mogen krijgen, want ik zit erg in spanning.
Met onze hartel. gr.
je
Willem