Gerrit Jan Hofker aan Willem Witsen
| Plaats: [Den Haag] |
| Datum: [22 maart 1906] |
| Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
Donderdag
Beste Wim,
Wel bedankt voor je brief. Het ergste is het voor die arme Marie. Het is natuurlijk geen bronchitis, maar weer de oude geschiedenis. Het is weer een gang in de verkeerde richting. Het doet 'r zoo'n leed, dat alles 'r weer uit handen wordt genomen. Ik heb soms zoo'n medelijden met haar, als dat verdriet zoo erg blijkt.
Juist toen ik je brief ontving, voelde ik me, doordat M. zoo goed leek, zorgen-vrij. Vanavond is 't minder. M. is vanavond ook minder opgewekt. C. is een beetje hei-beiig; Wimpie
[1:2]
is verkouden. Zorgen-vrij voel ik me nu niet.
Zondags haal ik Wimpie hier. A.s. Zondag kom ik dus niet.
Ik zit in de proeven; ik ben een beetje bang, dat er véél op eene bladzijde gaat en 't boekje wat dun zal worden. Op elke bladzijde gaat evenveel als op een bladz N.G. Ik zal tellen en je dan eens berichten.
Ongemeen veel genoegen doet Nieuwenhuis mij aan met de hoofdletters. Ik zag er vier (op verdere proeven ontbreken zij nog). Een is heel mooi, een O. Het is een plezier naar dat radje te kijken. Jullie bent allemaal te goed voor mij.
Groet hem en groet Marie en groet Mien van mij.
Een hand van
Jan
Auteursrechtvrij