Willem Witsen aan Arnold Paul Constant Ising
Plaats: Den Haag |
Datum: 17 oktober 1902 |
Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
den Haag
17 Oct. 1902
Beste Nollebol,
Ik denk er al zoolang over om je 's 'n prettig briefje te schrijven maar 'k heb er nog geen kans op gezien; en als 'k 't langer uitstel begrijp je er niets van; - 'k zou je graag 's zien en met je praten over onze dingen maar hoe lang zal dat nog duren? Ik voor mij zal nog wel eenigen tijd hier moeten zitten - dat been doet nog altijd erge pijn als 'k probeer te loopen. Ik teeken nu maar portretjes van de meisjes, aquarelletjes
[1:2]
en dat zou wel 'n heerlijke bezigheid zijn als 't ging - maar 'k kan niets meer. Bovendien heb 'k zoo'n vreeselijke last van ongeduld dat de heele dag 'n marteling voor me is. Ze zijn allemaal erg lief voor me en 'k verwijt mezelf dat 'k dikwijls onaardig ben en stil en in mezelf gekeerd. Maar met dat al, voel 'k dat niemand iets van me begrijpt en 'k verlang vreeselijk om weg te komen in m'n eigen dingen - en dan is 't vreeselijk om te verrekken van den pijn als je probeert te loopen. Heelemaal afhankelijk! 't Ergste is dat 'k niets meer zie in de toekomst, 't is geloof 'k alles kwestie van evenwicht en dat ben 'k kwijt - zoo zelfs dat 'k met alle plezier zou crepeeren - zonder eenige sentimentaliteit - ja Nollebol
[1:3]
dat is wel erg voor iemand die zóo veel van 't leven houdt - dat 't 'n uitkomst lijkt om er mee uit te scheiden - maar er moet 'n reden wezen voor die abnormaliteit - en wat 't is kan 'k niet begrijpen. - Ik ben toch geen détraqué en niet voor 'n kleintje vervaard, niet bang bedoel 'k - 'k voel wel als 'n ruïne van mezelf maar zit met dat al met 'n gezond lijf op m'n canapeetje. - Is 't dan gebrek aan levenskracht misschien? Of ben 'k maar 'n ouwe tobber - 't is anders niet om je wat op te vroolijken, Nol, en daartoe ben 'k toch ook graag bereid, als 'k je maar 's zag! Hoe gaat 't met je lever? - 'k Vind 't niets erg dat je geen bier meer mag drinken, - dat is ook nergens goed voor op onze leeftijd. - Jopie en z'n kornuiten zitten er nog voor
[1:4]
en kunnen er nog tegen, maar wij! En dat diëet zal je opknappen - 'k geloof dat we je mogen feliciteeren zelfs al heb je diabetes - als je dan maar niet zondigt en voorzichtig bent! 'n Glaasje water smaakt even lekker, dat is après tout allemaal idée - en je hoofd blijft beter bij 'n schaakje of 'n ombertje - en als die knie van mij nou maar weer beter wordt, kunnen we lange wandelingen maken, kalm aan en baden en - enfin, 'k geloof niet dat je leven er minder om zal worden, in tegendeel, - en je kan oud genoeg worden met diabetes. Dank je wel voor al je moeite en de brieven, enz. Ik heb vannacht gedroomd dat 'k op m'n fiets zat, maar vastgebonden achter 'n motor en 'k zat achterste-voren! Maar 'k ben er niet afgevallen maar 't was 'n afschuwelijke sensatie!
Dag beste Nol, groet Mien hartelijk
je
Wim