Arnold Paul Constant Ising aan Willem Witsen
| Plaats: Wiesbaden |
| Datum: 10 juli 1900 |
| Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
Wiesbaden 10 Juli 1900
Beste Wim,
Hartelijk dank voor je brief op mijn Verjaardag. Ik kwam Zaterdag avond uit Straatsburg hier aan. Wat is die Münster prachtig! Ma was abnormaal, en Zondag ochtend ziek. Zij had de koorts en ligt nu op haar 64sten Verjaardag in haar bedje. Ik zit met Ma's Mina alleen te eten en te soupeeren. Het is een gezellige boel. Maandag ochtend 10 uur moet ik op het Leidsche Plein zijn voor de repetities. Mijn Moeder zal wel niet mee kunnen, zoodat ik Haar dan later weer dien te gaan afhalen.
Ik had graag mee willen eten met Bauer bij Van Laar en met Jan en
[1:2]
jou in Zandvoort in de zee staan, want ik leef al die weken in mijn eentje. Die Alpen tochten met banale reizigers, met Alpen stokken, die ze niet noodig hebben, geef ik present. Ze hebben mij eens op een bank in een wagen gezet van 's morgens half zeven tot 's avonds half negen van Brigue naar Goeschenen. ‘Rhonegletscher’ voôr je, Rhône gletscher, rechts, links, van onderen af gezien, van bovenaf. Je rijdt maar in de rondte, en die sport om op die Gletschers te gaan glijden, vat ik niet. Op den Gorner Grat stond ik in een sneeuwbui, wit en zwart, kale rotsen, koud als in Februari. Ik dank den Hemel als ik weer beneden ben. Het mist daar in de hoogte, je ziet eigenlijk geen bliksem, lamme hôtels zonder behoorlijke badkamers.
[1:3]
En er leeft niets, ook niet op die meeren bij Genève en Locarno. Alleen Engelschen, verzot op ‘natuurschoon’. Op den Rijn b.v. zie je dat de menschen er iets uitvoeren. Ja, langs het Maggioremeer heb ik een mooie avondwandeling gedaan, hoewel het snikheet was.
In Zürich had ik een prachtig avontuur. Maar dat kan ik beter vertellen. Ik ben in alle stukken verdeeld, en misschien zullen ze ons wel 's avonds laten repeteeren ook van 16 Juli - 1 Augs. Dan begint de pret met spelen.
Wil Betsy bedanken voor haar aardig briefje. Ik hoop haar morgen te schrijven. Groet Jan en Bauer s.v.p. Tusschen Maandag 15 en Zaterdag 19 moet je eens komen opdagen. Ik verlang erg naar je en het verheugt mij dat je wat minder labberlottig bent.
Met een hand
Je
Nol.
Auteursrechtvrij