Willem Witsen aan Elizabeth Witsen-van Vloten
Plaats: [Amsterdam] |
Datum: [voorjaar 1897?] |
Verblijfplaats: UBA, XXX A 46, 984 |
[1:1]
[briefhoofd Van Wisselingh & Co., Amsterdam]
Ja die drukgeschiedenis is vervelend. Het schijnt nu dat die verdroogde inkt niet oplosbaar is en het eenige middel om het weg te krijgen is het te verasschen met 'n temperatuur van minstens 2000 gr. Daarvoor heb je lampen noodig waarin lucht verbrandt en die door de toevoer van zuurstof 'n onmogelijke hitte ontwikkelen zelfs zoo dat je er koper meê smelt - 'n gevaarlijk werkje voor 'n ets! Nu ga ik zoo meteen naar Weber, een van onze vrienden waar mee Breitner zit te domineeren, 's avonds. Want gisterenavond toen ik met Georges erover zat te praten was hij er bij en toen zei hij: kom morgen maar even bij me ik heb wel zoo'n lamp voor je. Dan zullen we 's zien. Ik ben gisteren even in Rotterdam geweest en toen heeft Doris mij al die wijsheid geleerd en mij ook 'n introductie gegeven voor 'n collega van hem hier in 't laboratorium. Ik heb alleen gewandeld door de stad - wat 'n pracht met zoo'n dag als gisteren. Nu kreeg ik van morgen 'n telegram van Bauer wanneer ik
[1:2]
met hem naar den Haag kan gaan. Al zijn etsen moeten door dien nieuwen drukker gedrukt worden onder surveillance want hij heeft heel slechte gestuurd. Mr. Groesbeek heeft me toen gevraagd op zijn kosten eens met Bauer te gaan. Ik heb nu teruggeseind aan B. dat we Saturdag maar moeten gaan. Dat is nu wel weer erg druk en 'k had anders morgen avond willen thuis komen. Nu wordt 't waarschijnlijk wel Zondag of Saturdagavond. Ik zal Jo wel schrijven. Ik ben nu bezig hier in huis, boven, 'n teekening te maken hier van 't Spui. 'n Grappig klein hokje van 'n kamertje en heel rustig want daar komt niemand behalve Eilers en Georges weet 't natuurlijk niet. Van middag ga ik naar Dr. Timmer.
Dag lief Bebpy dag lieve Pam, dag Erikman
Pim