Gerrit Jan Hofker aan Willem Witsen
Plaats: [IJmuiden] |
Datum: 6 oktober 1896 |
Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
6.10.96
Beste Wim, ik heb niets meer van je gehoord. Ik ga den 19en naar Zutphen met verlof. Je moet mij nu eens schrijven hoe 't met jullie staat en vooral den toestand van Betsy, of we na den 20sten, dus aan het einde dezer maand een paar dagen te Ede kunnen komen. Ik kan je weinig schrijven, ik heb schrikkelijke hoofdpijn, ik ben al eenige dagen voor van Looy bezig om weer geld te krijgen voor den 20sten en óók omdat me iets op 't hart ligt. Maar de compositie... het in gebreke blijven ten opzichte daarvan, zooals mij Fons mij in een brief opmerkt, is mijn zwak, en daarbij mijn dienst, altijd 3-12 en voor drieën het zinnen-gepeuter... het is zooals ik jou wel eens ontmoet heb, een beetje ontmoedigd, omdat het werk soms zoo zwaar is en zoo lastig om 't onder de knie te krijgen en daarbij ik, ik heb zoo weinig geleerd... je moet mij eens schrijven, ik ben niet down, beste maat, maar
[1:2]
mijn kantoor werk moest in zulke dagen wandelwerk zijn. Daarom schrijf mij eens een brief ter afleiding.
De groeten aan Betsy, een hand van
je
Jan