Willem Witsen aan Elizabeth Witsen-van Vloten
Plaats: Amsterdam |
Datum: 16 september 1896 |
Verblijfplaats: UBA, XXX A 46, 941 |
[1:1]
Amsterdam, 16 Sept. 96
Woensdag.
Mijn zoete lieve vrouwtje Beb, - hoe gaat 't met je en met de jongens. Groeit Erikje goed? en is het kiesje al door bij Pam? Lieve Bebpy heb je 't erg alleen of is 't wel rustig na die drukke dagen? Ik heb gisteren heele mooie drukken gemaakt, misschien wil Groesbeek die wel hebben dan haal 'k er nog wat uit. Van daag moet 'k drukken voor Dijs en Bauer. Bauer heeft 'n brief van Gerlof dat hij gauw terug komt, 't wordt hem een beetje te benauwd; hij zal zich zooveel mogelijk haasten. Liefste Beb, krijgt Pim van daag ook 'n briefje en heb je nog niets gehoord van Tersteeg. Dat zal wel niet lukken ze hebben allemaal schilderijen
[1:2]
te veel en bovendien mag Tersteeg mijn werk niet. Maar dan probeer 'k het ook niet meer. Ik zal nu eens aan Peacock schrijven. Gisteren avond ben ik bij Hein geweest met Nol. Hein is nu toch weer in de Redactie van de N.G. Deze week komt er een nummer uit. Willem schijnt bij v. Eeden te blijven voor f 50 in de maand. Hoe gaat 't met het ganzenhok, wordt 't niet aardig? Schrijf dat ook eens en vraagt Pam niet naar Va? Ik denk, lieveling dat ik morgen avond terug kom maar dat schrijf 'k dan nog wel morgen ochtend.
Dag mijn vrouwtje dag mijn heerlijke prachtige moedertje,
je
Pimmy