Willem Witsen aan Henri Gilius Samson
Plaats: [Amsterdam] |
Datum: 29 mei 1896 |
Verblijfplaats: UBA, SAM 90 |
[1:1]
Adrian, Saterdag
29 Mei 1896
Waarde Samson,
Ik hoorde van Hein dat je eenigzins gekrenkt bent geweest over mijn schrijven in der tijd betreffende Willem en de middelen om hem te helpen. Ik ben er op gesteld je met nadruk te verzekeren dat ik absoluut niets onaangenaams bedoeld heb: ik meende je goede inlichtingen te geven alleen, en er zijn mis verstanden genoeg op de wereld die niet opgelost worden, een van de beroerdste dingen die niet te vermijden schijnen.
[1:2]
Ik ben ten gevolge van een val nu gauw 10 weken geleden nog al slecht ter been anders was ik zelf wel eens bij je aan gekomen. Het schijnt Willem goed te gaan bij v. Eeden - tant mieux - 't is in ieder geval een goede daad van v. E. en, àls het goed gaat - zeker de beste oplossing. Ik voor mij moet het betwijfelen maar dat heeft niets te beteekenen.
Doe mijn vriendelijke groeten aan je vrouw, en geloof mij
steeds t.t.
Willem Witsen