Arnold Paul Constant Ising aan Willem Witsen
Plaats: [Amsterdam] |
Datum: 16 mei 1896 |
Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
16 Mei [189]6.
Beste Wim,
Heel blij ben ik dat je al eens geloopen hebt, al ging het nog voetje voor voetje.
Ik kan nu slecht naar Ede komen, omdat ik juist van Dinsdag af naar Parijs ben geweest, waar ik twee leelijke stukken heb gezien. In de volgende week wil ik van harte gaarne naar Den Haag gaan en je daar van den trein halen. Gerrit kan je dan in Ede aan het Station bezorgen. Wat dunkt je van Vrijdag of Zaterdag? Je hebt
[1:2]
mij alleen te schrijven hoe laat je in Den Haag aan komt.
Ik kom nu weer op mijn troon als Litterair secretaris, met een kamer voor mij alleen en mijn vroeger salaris - dat is f 150- meer dan ik nu krijg. A.C. Wertheim heeft gedeclareerd dat ik toch eigenlijk het beste oog op de stukken had. Hij zeilt eenvoudig met den wind mee. Toen ik op zij gezet moest worden, was ik slecht en nu ze mij weer willen hebben ben ik knap.
In Parijs was het verschrikkelijk warm en vol. Altijd bal! Woensdag ochtend zes uur kwam
[1:3]
ik er aan en Vrijdag half één ging ik terug. Ik ben naar de tentoonstelling in de Champs Elysées geweest, maar het was een pantoffel-parade, en ik kon niet tot rust komen om de schilderijen te zien. Goede hemel wat een hoop schilders!
Van middag ga ik, door Maussie geïnviteerd eten - ik denk bij Van Laar. Hij is jarig!
Vele groeten voor Betsy.
Je vriend
Nol.