Gerrit Jan Hofker aan Willem Witsen
Plaats: [Amsterdam] |
Datum: 7 mei [1896] |
Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
Donderdag 7. Mei
Beste Wim, neem mij niet kwalijk, dat ik je even, kortelijk vragende, schrijf; kunt gij mij wellicht eenig geld zenden (b.v. 10 gld.), het is zoo schraal met mij gesteld van de maand; doe 't, als je 't kunt, maar met een postwisseltje of een postbewijsje in een brief. Dit laatste is zeker en discreet.
Omtrent IJmuiden krijg ik bericht, dat daar voorloopig niets aan personeel wordt gewijzigd, daar er een justitieel onderzoek omtrent verloren gelden aanhangig is. (Dit laatste is ambtsgeheim, natuurlijk.) Ik heb wel pech.
Beste Wim, schrijf maar even gauw.
Dag
je
Jan
P.S. Mina heeft vanmiddag, op een pleiziergangetje naar het Tolhuis met Nol, haar beursje met f 2.50 verloren. Jollemannen en dienders kwamen er aan te pas. Je kunt begrijpen, dat Nol onpleizierig uit was.