Arnold Paul Constant Ising aan Willem Witsen
Plaats: Amsterdam |
Datum: 21 september 1894 |
Verblijfplaats: KB 75 C 51 |
[1:1]
Amsterdam 21 Septbr. 94
Beste Wim,
Over de N.G. kwestie kan ik het toch onmogelijk geheel met je eens zijn. Indien ik aanneem dat Willem onder suggestie van Mijnheer P.T. is geweest en daardoor diens werk voor goed gehouden heeft, terwijl hij het thans, nu hij gezonder is dan vroeger, journalisme vindt, vraag ik mij af hoe het met Hein zit. Hij is niet ziek geweest en hoeft dus niet onder suggestie van Mijnheer P.T. geleden te hebben. Hein kan dus onmogelijk slecht of middelmatig werk magnifiek en echt hebben gevonden, waarvoor de arbeid van zoovelen
[1:2]
diende plaats te maken, terwijl zij nu verklaren dat het Tweemaandelijksch Tijdschrift eigenlijk de N.G. is.
Je zult wel vinden dat ik redeneer, maar ik kán nu heusch niet anders. Dat sommigen van het nieuwe Tijdschrift zouden gaan meewerken aan de N.G. is een utopie, en daar zal niets van komen. Indien Willem dit verlangt en niets anders, hoeft hij niet aan de lui te gaan zeggen dat hij zich vergiste, tenzij het alleen een kwestie van zijn gevoel is, dan vind ik het mooi van hem maar practisch kan het geen resultaat hebben. Want die menschen, die veel minder vriendschap voor hem hebben dan jij, zullen vreezen,
[1:3]
dat Willem wéér ziek zal worden en hun wéér de waarheid zal zeggen in zijn verzen. O, Wim als ik nu aan Willem's verzen tegen Goes denk en dat hij nu bij hem over vergissen zou gaan praten, dan schemert het mij. Het spijt mij zoo dat ik niet lang genoeg met je alleen kon zijn. In je liefde voor Willem, stel je je de zaak een beetje verkeerd voor. Ik vind het verschrikkelijk, en ik weet er nog geen raad op. Is Willem het nu eens met het vers van Van Looy? Kobus, Karel en Chap zijn, dunkt mij de eenigen, die vriendschap genoeg voor Willem hebben om hem te kunnen aanraden naar hen toe te gaan.
[1:4]
Misschien zou het beste wezen Versluys te bewegen de N.G. voorttezetten. Laat Pet dan maar knoeien, en den baas spelen, wat doet het er eigenlijk toe als Willem en Hein mooie dingen maken. De laatste aflevering was, voor het kleine aantal medewerkers, heel knap.
Wil Betsy mijne beste groeten overbrengen, en geloof mij,
Je
Nol.