Willem Witsen aan Elizabeth van Vloten
Plaats: [Amsterdam] |
Datum: [november? 1892] |
Verblijfplaats: UBA, XXX A 46, 905 |
[1:1]
Mijn eigen lieve Beb even 'n woordje: Groesbeek en Eilers zijn er geweest net zoo en ze vonden de etsjes heel mooi. - Gr. vroeg of 'k 't goed vond als hij 't deed wat v. Gogh niet gewild heeft - 't is 'n heel ander soort menschen - er gaat ook 'n schilderij van me naar Londen bij Wisselingh (in commissie) en 't maaiertje komt in de Kalverstraat. - Als hij m'n etsen niet gekocht had zou hij dat zeker wel gekocht hebben. Ik ben ook 'n nieuwe teekening bezig-begonnen. v. Gogh schrijf 'k nu dadelijk heerlijk raak dat 'k z'n bod niet kan aannemen. - Groesbeek was verontwaardigd er over
[1:2]
en Eilers ook. ‘Geachte Heer’ enz., 'k denk dat hij 't land zal hebben. Nu gaan m'n etsen van middag weg en mijn afdrukken in de lijstjes meê - die krijg 'k wel terug maar hij moet ze hebben voor Enschedé, die laat hij ze drukken.
Komt Beb morgen? Vertel me dan 's of je mama gauw komt dan zorg 'k dat 'k ze in huis heb tegen dien tijd. - Nu moet 'k even drukken voor Breitner dat heb 'k beloofd en van middag moet 'k de stad in en bij Eilers enz.
Dag mijn lieveling dag mijn eigen liefste heerlijke kleine zoete Bebpy Pim z'n eigen vrouwte, dag
je
Pim
Kom je morgen?
[1:3]
Ik krijg daar net je brief mijn Beb. - Kom morgen maar wèl, wat mij betreft heel graag, asjeblieft Beb - anders Donderdag middag hè, na de koffie. Je brief is heerlijk en zoo lang. - Jammer dat 'k niet bij je was in de synagoge. Dag Beb,
je Pimmy