Willem Witsen aan Elizabeth van Vloten
| Plaats: [Amsterdam] |
| Datum: [2 november 1891] |
| Verblijfplaats: UBA, XXX A 46, 1123 |
[1:1]
Maandag avond
6 uur
Mijn eigen lieve Beb, 'k kom daar juist thuis en vind je brief - mijn lieveling ben je nu weer zooveel dichter bij je jongen? - Beb, dat treft goed dat je al Vrijdag weggaat, dan kom je zeker maar dadelijk hier, ja Beb, toe Bebpy 't is wel naar van je koffertje - je schijnt er wel erg vol van geweest te zijn op je reis! Ze zullen 't toch wel nà zenden - en ook 'n briefje van Pim, dat 'k Saterdag avond gezonden heb - 'k dacht dat je 't Zondag avond nog krijgen zou. - Mijn lieve Bebpy - 'k ben van daag aldoor in de stad geweest om te teekenen maar 't is niets mooi met dat zonnige weer en 'k heb niets gedaan - maar 't doet toch goed om zoo te loopen en eén mooi ding heb 'k gezien maar daar kan 'k op 't oogenblik nog niets van maken - op de vischmarkt - prachtig - maar dat vereischt studie en 'k heb dadelijk teekeningen noodig. - Van avond ga 'k met
[1:2]
François naar Sam, - afgesproken werk, en morgen ga 'k de stad weer in en 's avonds naar Ising. - Lieve Beb mijn eigen lieve Beb nu zal 't wel gauw Vrijdag zijn - nog drie dagen er tusschen en dan komt mijn Beb mijn lieve lieve Bebpy hier bij haar Pim - Beb, laat 't toch gauw Vrijdag zijn - 'k ben van middag nog even op Arti geweest - met Breitner - er is veel verkocht - mijn leeuw is zeker te donker of te somber voor de menschen, - mijn lieve Beb, Bebpy míjn dit schrijf 'k je alleen omdat je nu weer in ons land bent en om je te verwelkomen maar Beb kom nu maar 's gauw in Pim z'n armen; ze verlangen zóo mijn lieve lieve lieve kindje.
Dag mijn lieveling mijn eigen Beb
je
Pim je eigen jongen
Auteursrechtvrij