Vooruit, die ik aanmerkelijk vergroot terug vond, niet beschrijven. Een feit, waarschijnlijk aan velen onbekend, is dat Van Biesbroeck, de kunstenaar wiens schoon talent zelfs door de burgerij gewaardeerd wordt, een atelier heeft naast de bakkerij. Het lichaamsvoedsel, en het geestes- en hartesvoedsel, ziedaar wel het symbool van het reuzenwerk van de bewonderenswaardige Vooruit, gesticht om de ziel der werkersklas te verheffen door eerst de stoffelijke voorwaarden van haar bestaan te verbeteren.
Twee jongelingen, leerlingen van Van Biesbroeck, werken er aan allegorische paneelen, voor de versiering van het Volkshuis van Wetteren bestemd. De zinnebeelden, die de rechtvaardigheid, de solidariteit en de eendracht der werkers voorstellen, hebben eene waarlijk hoogere strekking.
Om naar de statie terug te keeren, doortrokken wij een werkerswijk. De nacht is ingevallen. De straten zijn verlaten. Door de vensters van lage, armoedige huizen, waarvan de meesten toch netjes met gordijnen versierd zijn, ziet men geen licht. Men zou zeggen dat het verlaten woningen zijn.
- Is er niemand thuis? vroeg ik, verwonderd, aan Beerblock.
- Neen, de bewoners, mannen en vrouwen, zijn ginder, antwoordde Beerblock, mij met den vinger twee fabrieken aanduidende, wier verschrikkelijke massa het geheele kwartier beheerscht, gelijk weleer het kasteel van den leenheer de ellendige woningen der laten verpletterde. De vensters der fabrieken schitterden van duizend lichten. Al het leven van dezen stadshoek scheen daar samengetrokken. De tegenstelling was geweldig.