Hansje en Blondje in Bloemenland(1909)–Johanna Wildvanck– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 8] [p. 8] Blondje en Hans. Maar 't zonnetje ontdooide de boomen, En uit den besneeuwden grond Zag Blondje weer bloemetjes komen, Die keken verwonderd rond. ‘Och bloemetjes’ zei toen Blondje, En kwam dicht bij ze staan, En trok een verdrietig mondje: ‘Dat heeft de Sneeuwman gedaan’. Ze wou nog meer gaan klappen, Maar plotseling, heel dichtbij, Daar hoorde ze zingen en stappen Een jongetje was het, dat zei: ‘Ik ben de kleine jongen’ ‘Die op den Sneeuwman zat’ ‘Goêmorgen! ik heb gezongen’ ‘Tot ik je gevonden had’. ‘De Sneeuwman is vertrokken.’ ‘Hij komt een volgend jaar weer.’ ‘Dit waren zijn laatste vlokken.’ ‘Hij heeft er geen enkle meer’. ‘Nu willen we met ons beiden’ ‘Heel prettig wandelen gaan’ ‘Waar in de groene weide’ ‘De gele bloemen staan’. ‘Geef mij een hand klein Blondje’ ‘Mijn naam is Hans. - Hoezee!’ ‘Zet nu een vroolijk mondje’ ‘En ga maar met me mee’. [pagina 9] [p. 9] Vorige Volgende