Gedichten
(2001)–Jacob Westerbaen– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 63]
| |
Van een kwade grietaant.Griet riep haar man voor 't Recht en klaagde van geweld.
Hij kwam voor schepenen en zei: ‘Ik zal, mijn heren,
u zeggen hoe de zaak is tussen ons gesteld
en hoe 't in 't laatste ging na lang te hakketeren.
5[regelnummer]
Zij zei, dat alle ding moest gaan naar hare kop.
Is dat uw wil, zei ik, daar ben ik gans niet tegen.
Des gingen naar haar kop, taljoren, tang en schop,
en alles wat ik heb in mijne hand gekregen.’
|
|