historisch uitstekende biographie is ongetwijfeld het laatst verschenen, tweedeelige werk van Dr. N. Japikse, hoewel de historicus slechts aarzelend zijn meening over den mensch durft zeggen. Men behoeft Willem III niet te idealiseeren, zooals een Majorie Bowen dat doet, en ook Fabius, in de voorlaatste Nederlandsche levensbeschrijving. Zijn fouten hebben geen excuses noodig, zij waren geen ‘afdwalingen’ of ‘zwakheden’, zij waren Willem III zelf. Men late dit gelden, men verromantiseere hem niet tot zeer ‘edel’: hij was een vorst als de andere vorsten van zijn tijd, in de eerste plaats diplomaat, ook in het leven, met overleg zijn weg gaande en, zonder tot ‘laagheden’ zijn toetoevlucht te nemen, zeer door zijn persoon beïnvloed bij zijn middelen tot het doel.
Men beoordeele Willem III niet naar het nu, maar naar het toen, en houde daarbij tevens de omstandigheden in het oog, waaronder hij leefde en optrad. Al heeft hij binnen de grenzen van onzen Staat, behalve dan in de jaren 1672 en 1673, niet een rol vervuld als die van Willem den Zwijger en valt hij, mede door zijn ongewone verhoudingen, wat buiten het kader van het ons vertrouwde Oranjehuis, hij blijft ook in onze geschiedenis een groote historische figuur.