[Woord vooraf]
Vergeelde brieven, immortellen-kransjes, oude muziekboeken met vignetten van bloemenkorven en versierde lieren bevatten een wereld, die men die der romantiek noemt, de romantiek van de 19e eeuw. Tijden zijn gekomen en gegaan, mensen leefden, met hun klederdrachten en hun eigenaardigheden, en er bleef weinig meer van hen dan hun portretten, die wij, mensen van een anderen tijd, met een wat geamuseerde nieuwsgierigheid bekijken. Waren zij zo? Zo waren zij. Zij leefden als mensen met hun hartstochten en hun fantasieën. Ook zij hadden hun idealen en triomfen, hun heroïek en hun dwaasheden.
Burgerlijke tijden? Geenszins. In het midden van de 19e eeuw klopte het hart der Romantiek niet minder luid dan voorheen.