Iusticie, rechtvaerdicheyt oft gherechticheyt. |
Iustificeren, rechtveerdich maken. |
Iustificatie, een rechtveerdich makinghe. |
Iubileren, singen van blijschappen oft bewijsen blijschappe. |
Iubilee, een verheuginghe. |
Iurist, een die de rechten leert oft die hem metten rechten onderwindt. |
Iudiceren, oordeelen, onderscheyden, achten oft verdoemen. |
Iudicie, een oordelinghe oft onderscheydinghe. |
Iudicature, een ghewesen vonisse. |
Iudiciael, dat totten rechter, oft ghericht behoort. |